Het waren E.H. Joris Buysschaert, onderpastoor te Ardooie en Joseph-Alphonse Depicker die in het najaar van 1910 aan de wieg stonden van een zanggroep die op de kerkelijke feestdagen de hoogmis en het lof zou opluisteren. Deze zanggroep die tot Piuskoor werd omgedoopt, kreeg dus meteen het predicaat 'kerkkoor' opgeplakt. Het duurde echter niet lang vooraleer het koor ook buiten de kerkmuren zijn stem zou laten horen.

Gedurende de eerste 10 jaar van zijn bestaan bestond het Piuskoor uitsluitend uit mannen. Het was immers algemeen verboden om vrouwen in het openbaar te laten optreden. In opera's en kerkkoren werd hun rol overgenomen door castraten.

Vanaf 1920 mochten vrouwen ook in het openbaar optreden, met als gevolg dat het Piuskoor meerstemmig kon uitgebouwd worden.

Eind maart 1988 ontving het Piuskoor de machtiging om voortaan de 'koninklijke' titel te dragen.

In de loop der jaren groeide het Piuskoor onder leiding van de opeenvolgende voorzitters en dirigenten uit tot een zangvereniging die net als kwaliteitswijn steeds beter en beter werd.

Achtereenvolgens kende  het koor volgende dirigenten:

* Joseph-Alphonse Depicker dirigeert tot ongeveer 1940, soms bijgestaan door Joseph Sercu,Jerome Dezeure, Marcel Sercu, Arthur Decleck, E.H. Suyckers, Marcel Markey.

* De oorlogsjaren vormen een vacuüm in het archief van het koor. Wel staat vast dat vanaf augustus 1944 Edgar D'hont de vaste koorleider wordt. Na zijn plotse overlijden in oktober 1971 wordt hij  opgevolgd door Robert Depicker.

* Eind 1980 neemt Joost D'hont het dirigeerstokje over, maar twee jaar later wordt hij benoemd tot  organist aan de Sint-Petrus en Pauluskerk te Oostende. Opnieuw wordt Robert Depicker bereid  gevonden om als gastdirigent op te treden. Wegens gezondheidsredenen geeft hij op 31 maart 1983  zijn laatste repetitie.

* Toeval of niet, maar begin 1983 zegt Joost D'hont Oostende vaarwel en wordt met ingang van 19 april  1983 opnieuw dirigent.

Half januari 1987 kondigt Joost aan dat hij het Piuskoor dit keer definitief zal verlaten. Hij wordt vast  benoemd als organist in de decanale kerk te Sint-Niklaas-Waas. Op 24 februari neemt hij afscheid.

* Een opvolger wordt in eigen rangen gevonden en wel in de persoon van Peter Lejaeghere, die op 10 maart 1987 de vuurproef met glans doorstaat. Onder zijn leiding kent het koor een ware bloeiperiode.  Het koor neemt met succes deel aan de Provinciale tornooien West-Vlaanderen en behaalt er diverse onderscheidingen in de eerste afdeling.   
In 1994  wordt er deelgenomen aan de Gouden Ster-wedstrijd te Lommel waar het Koninklijk Piuskoor een Eerste Prijs behaalt.

Er volgen een aantal memorabele concerten waaronder het Kerstconcert van 2000 met het kamerorkest Camerata Con Cor(d)e en ook in die periode starten de tweejaarlijkse radiomissen vanuit de St.-Tillokerk in Izegem.

Na meer dan 25 jaar het koor met vaste hand en gedrevenheid geleid te hebben, geeft Peter aan zich voortaan enkel te willen toeleggen op componeren en het dirigentschap van de Koninklijke Muziekmaatschappij St.Cecilia Ardooie en geeft hij op 20 augustus 2013 de fakkel door aan de huidige dirigent Christophe Deckers.